De bisschoppen van Utrecht |
Tine Jonker-Klijn en Richard Roks |
ISBN 978-90-770 |
1e druk |
224 pagina's |
ingenaaid |
verschenen 2008 |
uitverkocht |
‘Utrecht, die oude bisschopsstad’ tooit zich niet ten onrechte met deze eretitel. De kerstening van Nederland kwam in de zevende eeuw op gang door de Angelsaksische monniken Willibrord en Bonifatius. Willibrord bouwde in Utrecht een kerkje en wijdde het aan Sint-Maarten. Zij werden wel tot bisschop gewijd maar niet van Utrecht omdat dit nog geen zelfstandig bisdom was. Rond het jaar 777 werd Utrecht uiteindelijk tot bisdom verklaard, en Alberic kon zich als eerste ‘bisschop van Utrecht’ noemen.
In de eeuwen die volgden kende Utrecht ruim zestig bisschoppen. Velen hielden zich vooral bezig met hun wereldlijke positie en hadden meer militaire dan kerkelijke bekwaamheden. Maar anderen hebben zowel hun geestelijk als wereldlijk bestuur op een goede manier uitgeoefend, zoals Guy van Avesnes en Jan van Arkel. Hun kapellen zijn in de Domkerk nog te bezichtigen.
In 1528 dwong keizer Karel V elect-bisschop Hendrik van Beieren tot overdracht van de wereldlijke macht en daarna nam de invloed van de bisschoppen snel af. De laatste bisschop van Utrecht, Frederik Schenk van Toutenburg, overleed in 1580, het jaar waarin de kapittelkerken op last van het stadsbestuur aan de protestanten toegewezen werden. Met hem kwam een eind aan de rooms-katholieke organisatiestructuur in de Noordelijke Nederlanden. Pas in 1853 zou het herstel van de bisschoppelijke hiërarchie plaatsvinden.
De schrijvers geven van elke bisschop een zo getrouw mogelijke beschrijving in zelfstandig te lezen biografieën. Het is niet verrassend dat die van de vroege bisschoppen vaak zeer kort is: er is nu eenmaal weinig over hen bekend. Toch is in bijna al deze korte en langere beschrijvingen iets gemeenschappelijks te vinden, namelijk de wens van elke bisschop zijn gebied te verdedigen tegen Holland en Gelre.
Drs. Tine Jonker-Klijn (1916) studeerde geschiedenis aan de Rijksuniversiteit Utrecht en was werkzaam als lerares geschiedenis in Utrecht. Richard Roks (1937) was werkzaam als directeur van een basisschool in Nieuwegein. De schrijvers waren mede-auteur van de publicatie ‘Graven en begraven in de Dom van Utrecht’, en zijn verbonden aan de Educatieve Dienst van de Domkerk.